“Beste mevrouw, al zet u ons twee bedden midden in de hotellobby. We don’t care”. Deze gevleugelde woorden werden ergens in het voorjaar van 1998 uitgesproken door een maat van me in een Venloos reisbureau. Ze waren een antwoord op de vraag wat onze eisen waren voor de accommodatie voor onze aanstaande vakantie naar Lloret de Mar. Ik ben van mening dat iedereen zo’n kansloze vakantie in zijn leven meegemaakt moet hebben. Wie kan nou over een gelukkige jeugd spreken zonder ooit de stranden van Lloret de Mar, Salou of Chersonissos van een laagje maaginhoud of andere lichaameigen sappen te hebben voorzien? Het helpt je jaren later nog om kraakhard te gnuiven over programma’s als Oh Oh Cherso terwijl je omgeving daar hoofdschuddend naar kijkt. Jij weet wel beter.
Enfin, wat brengt deze pokerprutser nog eens in dit vervallen Spaanse kustplaatsje terwijl de leeftijd van 30 jaar nog slechts weken op zich laat wachten? Ik had dit jaar nog geen kaart aangeraakt en alle kaarten die ik vorig jaar aanraakte butcherde ik dusdanig hard dat een Vegasreisje in 2011 er voor deze VPCer niet in zat. Nu ben ik zo’n weekje ongegeneerde mannenpret de laatste twee jaar erg gaan waarderen en toen Chilipoker een betaalbaar Deep Stack toernooi uitschreef in Lloret was ik er als de kippen bij om de Venlose Poker Crew (VPC) op te trommelen. Zoals altijd is het boeken een hels karwei met dit stelletje ongeleide of juist veel te geleide projectielen maar uiteindelijk stapten er donderdag 31 maart toch nog vier VPCers in de vlieger richting Lloret. Tom “Iebus” Ebus, Marco “Damvic” van Kampen en VPC Foster Parents schoonbroer Dennis “Hugo” Reijnhout durfden de strijd met het Spaanse nachtleven aan te gaan.
Na een kort vluchtje en dito taxirit nestelen we ons rond 12:00 uur op de boulevard voor een hapje en een piepklein drankje omdat de hotelkamers nog niet gereed zijn. De zon schijnt heerlijk en met een 23 graden is het prima toeven op het terras waar de potten San Miguel het voorlopig met gemak winnen van de wil om definitief in te checken. Als er na een paar uurtjes de gebruikelijke Cervezas Grande ingeruild worden voor de Cevezas Gigante is het rond 19:00 al behoorlijk kwaad kersen eten in de hotellobby. Uiteraard zijn we inmiddels al voorzien van kekke n’hoedjes en dito zonnebrillen. Een VPC traditie die de komende 25 jaar absoluut niet verloren zal gaan.
We hebben nog een verplicht nummertje op de rol staan voor we ons vol overgave op de kroegen kunnen storten. Iebus heeft nog geen kaart voor dag 1b en ik moet een playerscard laten maken in het casino omdat ik me online ingeschreven heb. Het Grand Casino Costa Brava ziet er uiterst verzorgd uit, niet gek, want het is naar mijn beste weten ook pas een 1,5 jaar open. Iebus kan nog met gemak een kaartje voor dag 1b ritselen maar heb ik aanzienlijk meer moeite mijn plaatsbewijs te vinden. Om de een of andere vage reden weigert Damvic het casino te betreden terwijl kenners van de VPC verhalen weten dat als Iebus een Casino betreedt er minimaal een halfuurtje Duh Mat roulette* gespeeld moet worden.
*Dut Mat roulette: Duh Mat = Sandro Calabro, ex brokkenpiloot / spits van VVV die ooit met nummer 14 speelde. Iebus was zijn enige supporter en Dut Mat roulette betekend dat alle getallen rond op en rond de 14 volgebouwd worden.
Als ik na het checken van de grote pokerroom bij de Roulettetafel aan kom wandelen, verwelkomt Iebus me met de nu al legendarische woorden; “Duh Mat is geen spits voor de Spaanse competitie”. Ergo; duchtig verloren. Petatte geraapt in VPC lingo. Als mijn pogingen om met handen en voeten mijn plaatsbewijs te krijgen te lang duren gaan we op zoek naar voedsel. Damvic heeft inmiddels een regelrecht Damvicje gepulled, wat betekend dat je op hoge poten naar huis gaat en ook niet meer terug komt. We kennen Damvic inmiddels en gaan schouderophalend opzoek naar eten.
Het is de laatste dag van Maart en Lloret is aan het ontwaken uit zijn winterslaap. De helft van de kroegen, discotheken en restaurants zitten nog stevig op slot maar we weten de avond prima om te krijgen in sportbars, discotheken en andere vuige dranklokalen die wel al het stof van de bar hebben geveegd. Iebus zorgt voor het hoogtepunt van de avond door een afstap van een halve meter voor discotheek Tropics aan te zien voor een afstapje en zo tussen een groep van 40 vrouwmensen een faceplant te maken die enige naam mag hebben. Good times. Om 01:00 zitten we met zijn drieën te kauwen op wat met zekerheid de laatste halve liter San Miguel van deze avond gaat zijn. Naar bed, morgen moet er tenslotte een marathon sessie gekaart worden.
Het zonnetje schijnt al vroeg in Lloret en het zwembad van ons hotel kijkt uitnodigend. Het zwembad is een 15 meter lang en nadat ik de eerste drie meter afgelegd heb ben ik wanhopig opzoek naar een trapje omdat ik het einde niet verwacht te halen. Gletsjerwater voelt als een hete douche vergeleken met het water in dit bad. Ik moet de schijn nog enigszins ophouden omdat Iebus - die op de kant staat - zich anders gaat bedenken. Iebus maakt een sprong en het gezicht waarmee hij bovenwater komt is simpelweg onbetaalbaar.
Op een geinig pleintje vinden we een restaurant waar we een veel te stevig ontbijt nuttigen. Iebus voelt zich slecht na de eerste clubbin’sessie van deze trip en neemt dus een verstandig, luchtig ontbijtje: twee forse BBQ spiesen met friet. Na het ontbijt gaan we pinnen. We als in Hugo, Iebus & ik. Damvic is broke. Op dag twee van dit korte tripje is dit heerschap al financieel petatte aan het rapen. De totale schaamteloosheid waarmee Damvic vervolgens drie dagen de hand open houdt en de duurste clubs en restaurants aanwijst is dan wel weer goud waard. Eerlijk is eerlijk.
Om 14:00 begint voor Iebus en mij de Chilipoker Deep Stack Open. Een toernooi met € 550,- buy-in, een 50K startstack, 50/100 begin blinds en levels van een uur. Als je je kont aan zo’n toernooitafel neerpoot weet je dat voorlopig nog niet weg bent. Mijn tafel is prima. Drie gasten weten wat ze aan het doen zijn de rest is redelijk clueless. In hand zes van het toernooi gaat bijvoorbeeld iemand broke met J9 op 668T7 door all-in te 5 betten. 500 BB diep. Leuk toernooitje.
Je zit achterlijk diep dus de eerste paar levels gebeurd er vrij weinig. Ik heb in de eerste break een 55K maar na de break gaat het bergafwaarts. Hard bergafwaarts. Ik raak kaartdood dat het geen enkele pas meer heeft en als ik dan links of rechts een drawtje oppik weigert die te arriveren. Ik lek harder chips dan de ajax ledenraad informatie maar er gloort licht aan het eind van de tunnel als ik rode Azen zie. Ik open UTG en mijn linkerbuurman 3 bet achterlijk groot waardoor hij eigenlijk committed is. Plots fold iedereen zijn kaarten. Tegelijk. Blijkbaar heeft de dealer een tweede kaart open gedeeld en verzameld alle kaarten. Misdeal. Het wordt me zwart voor de ogen. Een andere dealer had vijf minuten eerder exact hetzelfde gedaan en toen was er een grote discussie over wat te doen. Floor rulde dat er gewoon een tweede kaart gedeeld moest worden. Nu doen we het dus net even anders. Linkerbuurman laat QQ zijn en ik krijg teveel. Ik scheld floor en dealer – in het Nederlands – de huid vol en besluit vijf minuten eerder met dinerbreak te gaan wegens firetilt.
Na de break ben ik kaartdood tot ik na een paar uur kan gaan restealen en dat gaat verrassend goed. Ik weet mijn stackje weer naar ruim 20K te krijgen als iemand op 2JQ mijn all-in called met 92c in een geraisede pot. Mijn AQ blijft overeind ik kan weer enigszins gaan kaarten. Als de button openlimped en de sb called ship ik 25 BB’s all-in. Ik laat deze spot niet lopen maar de sympathieke Spanjaard in de SB doorziet de move en maakt een gedurfde call met ATo. Mijn Q6o vindt nog drie andere zessen op het board. Nice. 50K en weer back in business. Niet veel later moet ik nog en vervelende call maken met AK ondanks dat er twee koningen op het board liggen. Villian heeft de hand ge checkcalled en schuift op de river die de FD complete all-in. Ik zit goed en stijg naar 87k. Het einde van de 12 (!) levels komt in zicht en ik begin er stiekem zin in te krijgen. Ik raap links en rechts nog wat handjes en muntjes op als er “last hand of the day” klinkt. Ik heb 95K en zakken om de chips op te bergen komen op tafel. UTG + 2 maakt 5000 op 1/2K en ik vind AKh op de button. Houston. Laatste hand voor de break of het einde de dag wil ik altijd winnen. Villian was wel losjes maar ik had hem nog geen heel gekke dingen zijn doen. Ik 3-bet naar 13,5K. Blinds folden en villain (coverd me) gaat na een tiental seconden all-in. FML.
Morgen gaan we verder op 1200/2400 en ik heb nu ~ 80k. Ruimte genoeg in principe. Ik vervloek mezelf dat ik niet gewoon pre gecalled heb, de flop mis en kan folden. Enfin, het is 03:30 en ik heb 11 uur en 58 minuten zitten kaarten. Ik dacht waarschijnlijk voornamelijk “I has AK” en villian maakt hier nog regelmatig een play. De pay-outs in dit toernooi zijn trouwens belachelijk. 15% wordt betaald en het verschil tussen plek 72 en 9 is € 3.000,-. Ik besluit er maar gewoon voor te gaan. Villain heeft natuurlijk gewoon koningen en vijf bricks later loop ik ietwat verbijsterd richting Iebus die een twintig minuten eerder zijn Waterloo vond. Ontzettende trekdonk ben ik ook. Zitten de showdowns een keer mee pis ik het zelf weer weg. Iebus weet me gelukkig al snel weer aan het lachen te krijgen met de volgende zin; “Duh Mat is ook geen spits voor de Secunda Division”
Terug in het hotel zijn Damvic & Hugo net thuis van hun dagje gezamenlijk clubbin’. Hugo ligt al in bed maar ik ben eigelijk fit. Adrenaline van de laatste hand zorgt dat ik toch niet kan pitten en de totale nuchterheid zorgt ervoor dat ik ansich nog wel een klein pilsje lust. Hugo springt uit bed en begint zich aan te kleden. Damvic & Iebus hebben ook nog wel zin; Clubbin’ it is. Hugo heeft gisteren kennis gemaakt met Dodo. Dodo is Oost Europese propper van een vuige stripclub en heeft blijkbaar een overtuigend verhaal opgehangen aan beiden heerschappen want voor ik het goed en wel besef zitten we in een taxi naar een slinkse club. Ik wil geen partypooper zijn maar ik krijg halverwege toch mijn ernstige bedenkingen. De entree is €15,- p.p waar je twee drankjes voor krijgt, de taxi heen en terug is gratis en bij de entree krijg je een fles champagne. Er hoeft geen raketgeleerde geroepen te worden om te berekenen dat aan bovenstaande deal geen geld verdiend wordt. Het geld zal dus toch ergens vandaan moeten komen en naarmate de taxi verder rijdt en de straten onverlichter worden is ook Iebus niet meer overtuigd van een succesvolle afloop van deze trip en laten we de taxi omdraaien. Iebus en ik zijn veel te nuchter voor dit soort fratsen. Als de taxichauf begint te bellen voel ik al nattigheid. Ons hotel ligt 100 meter van de taxistandplaats en de chauf weigert ons bij het hotel af te zetten (stemt in maar rijdt toch snel rechtsaf) en ik verwacht dat wij even duchtig petatte gaan rapen bij een laaiende Dodo. Dodo is niet blij maar schiet ons iig niet dood. Good beat. Een half uur na vertrek staan we weer in de hotellobby. Puik verhaal. Duimelot.
Het enige voordeel aan de laatste hand van gisteren is dat ik me vandaag onbezoldigd als een 16 jarige kan gaan gedragen. Na een pizza peperoni als ontbijt zoeken we een plekje waar we s’avonds Twente – PSV kunnen kijken voor we ons rond 14:00 uur op een loungterras aan de boulevard posteren. Het is warm vandaag, heet zelfs. Na twee potten bier in de zon besluiten we Engels voetbal te gaan kijken in een sportbar. Hugo kreeg het eerste glas van de dag niet weg maar heeft inmiddels de zesde versnelling gevonden. Met z’n drieën moet we alle zeilen bijzetten om aan te haken.
Voor Iebus gaat de mooie uitspraak “the next best thing to gambling and winning is gambling and losing” helemaal op. Stoke City speelt tegen Chelsea en Iebus wil actie op inworpen. € 5,- per inworp. Waarom Iebus van gokken houdt is me een raadsel want ik heb zelden iemand slechter zien runnen dan Iebus in elke vorm van gokken. Hugo houdt met gemak vier gratis hotel overnachtingen over aan de lompe verdedigers van Stoke die elke bal die ze in het vizier krijgen over de zijlijn rossen. Om 18:30 duiken we café de Peetvader in om Twente – PSV te kijken en zetten we het powerbuizen gestaag voort. Onder het genot van bitterballen zien we PSV petatte rapen tegen Twente en zijn we het er roerend over eens dat Bert van Marwijk de meest waardeloze bondscoach ooit is.
Na Twente – PSV ben ik het verhaal even kwijt maar mijn volgende herinnering begint bij Hugo die met een vrouwelijke propper staat te praten en uiteindelijk regelt dat we voor € 20,- een uur in de botsauto’s mogen. Wie daar op zit te wachten op zaterdagavond rond 22:30 is een tweede maar goed; Lets go. Na een rondje botsen ben ik er al klaar mee tot ik het lumineuze idee krijg het n’hoedje van Damvic te jatten. Een brute oorlog is geboren. Ruim een uur is het “full contact botsauto n’hoed veroveren” wat de klok slaat. Na iedere verovering ben je oprecht blij en oprecht geïrriteerd als iemand met je n’hoedje er van tussen is. 29 jaar oud. Lloret de Mar. Schaamteloos vermaak. Heerlijk. Op een geven moment raakt mijn linkerarm beklemd dus twee auto’s en kraakt zo’n beetje alles wat in een schouder kan kraken. Ik voel achter op mijn schouder en daar zit een dikke bult op mijn rug die daar normaliter echt niet zit. Lichtelijk in paniek besluit ik er maar op te slaan en zie daar; bult weg. Terug naar de orde van de dag dan maar; n’hoedjes jatten.
Het is nog niemand gelukt n’hoedje van Hugo te scoren maar in een onbewaakt ogenblik en met een watervlugge move gris is het hoofddeksel van Hugo’s bolle toet. Triomferend stuur ik over de baan als ik me besef dat ik nu wel het volgende probleem heb; een laaiende Hugo on my six. Het duurt geen halve minuut of het is raak. Hugo maakt een snoekduik en hangt enkel nog met zijn teennagels in zijn botsautootje. Aan het einde van deze scrum mis ik mijn bril, riem, linkerschoen, rechtersok, portemonnee, boxershort en een flink stuk oor maar ik vind Hugo’s n’hoed nog ergens onder het gaspedaal terug. Winning! God zij dank zit deze ronde erop en kan ik mijn sportieve plicht doen door het n‘hoedje vrijwillig terug te geven. Na een goed uur en met dikke blauwe knieën duiken we weer de “the strip” van Lloret op. Epic times.
De knakker van de bowlingbaan zegt te gaan sluiten als er vier waggelende zonnebrillen binnenkomen dus zoeken we ons heil in Colossos. Daar lijken ze ons geld echter ook niet te kunnen gebruiken want er is een besloten feestje voor 11 jarige Italiaanse chicks, of zoiets. Naast de Colossos ligt een broddelkiet genaamd Xtra. Hier gaan we natuurlijk niet naar binnen tot de propper zegt “there are like twenty girls from Norway………..” Einde van de zin hebben we niet gehoord.
Voetjes van de vloer en clubbin’ met veel te jong Noors fruit. Hugo komt terug van de bar met niet zomaar een pilsje. We hebben een liter bier in plastic beker. Geen plastic beker zoals op een festival maar een slappe plastic vaatdoek zoals je die voor het laatst op je eigen communie hebt gezien. Het kreng moet met twee handen vastgehouden worden en is dus binnen de kortste keren pislauw. Iebus wordt er zo ziek van dat hij binnen vijf minuten zowel op als voor de onafsluitbare boutketel van de tent zit. De Noorse chicks zijn inmiddels vervangen door Engelsen dudes. Je kunt nog zo’n leuke avond met Engelsen hebben je weet uiteindelijk één ding zeker; op het eind van de avond proberen ze je steevast midden volgende week in de te slaan. Unreal gestoord volk is dat toch. Stuk voor stuk kneitersleip. Er zit nu ook weer zo’n Pieter Baan patiënt bij die alles in het werk stelt om ruzie met ons te krijgen. Gelukkig maken we snel vrienden met de leider van dit stel gevaarlijke gekken waardoor we uiteindelijk geen petatte hoeven te rapen.
Geen idee hoe we er terecht gekomen zijn maar plots kom ik tot mijn positieven in een rockcafé met een Corona in mijn hand. Die Corona is een verademing vergeleken met die helse beker van daar straks. Ik nestel me aan de bar als ik Hugo driftig zijn middelvinger op zie steken in de richting van een forse Engelsman aan de hoek van de bar. Houston 2.0. Uiteindelijk stormen beide heerschappen op elkaar af maar loopt het – op onverklaarbare wijze -met een sisser af. Na een half uurtje rockcafé is Iebus de hippies beu en gaan we verder op zoek naar vertier. Het loopt tegen vieren maar de Corona’s hebben ons allemaal goed een tweede leven geschonken deze avond. Weer absoluut geen idee hoe we er terecht gekomen zijn maar plots bevinden we ons in de Moef Gaga discotheek. Het is druk maar de dansvloer is leeg. Een niet te verkroppen aanblik voor ons VPCers en dus storten we ons vol overgave op de immense lege vlakte. Op een gebied van 10 bij 10 staan dus vier n’hoedjes met zonnebrillen tegen de klippen van de hel aan te clubbin’. Dat kan alleen maar een goed gezicht zijn geweest. Binnen een half uur staat de tent vierkant op zijn kop en is de dansvloer stampend vol. De Corona’s vloeien rijkelijk en tot in de vroege ochtend worden er kraters in de dansvoer gebeukt.
Rond 06:30 wandelen we de disco uit om nog even uit te loungen in het voorste gedeelte van El Moef. Zodra ik een stoel raak gaat het licht bij mij blijkbaar uit getuige een SMS van Iebus die we een dag later ontdekken: “Hugo, waar ben je? Vallen is ko.” Terug op straat hervind ik het leven sluiten we deze epische clubbin’trip die ruim 15 uur geleden begon af met enkele kleffe burgers die al een halve dag in een hokje lagen te muften. Heerlijk.
Zondagmiddag aan het ontbijt gaan de gespreken ongeveer zo:
Ik: Speelt Barcelona vanavond?
Hugo: Volgens mij wel.
Iebus: Ik denk het.
Damvic: Wat hebben wij geclubbin’d.
Iebus: Ik zou trouwens zweren dat ik gisteren Barca heb zien spelen.
Ik: Waar?
Iebus: Geen idee.
Hugo: Staat me ook iets van bij.
Damvic: Wat hebben wij geclubbin’d.
Iebus: Affelay speelde volgens mij.
Ik: Waar de hel hebben we dat gezien dan?
Iebus: Geen idee
Hugo: Geen idee
Damvic: Wat hebben wij geclubbin’d.
Na het ontbijt wagen we een poging ergens Groningen – VVV te kijken maar Eredivisie Live 2 is nergens te ontvangen en Hugo & ik gaan naar het Casino om eventueel het afsluitende toernooi te spelen en VVV op Twitter te volgen. VVV raapt uiteraard Groningse petatte en Hugo & ik zien beide af van het afsluitende event daar we alle zeilen bij moeten zetten de maaginhoud niet over de gokkasten te jassen. Op het moment dat we willen gaan komen Iebus en Damvic plots het casino binnen. Dat kan maar een dingen betekenen: Duh Mat Roulette.
Een populaire uitspraak binnen de VPC is “soms eet je de beer, soms eet de beer jou” gebaseerd op de legendarisch zin uit de The Big Lebowski. Ik mis de eerste paar spins van Duh Mat Roulette doordat ik nog met Rein Zijda (wiens maat - Robert Miltenburg - overigens het Main Event won) sta te ouwehoeren. Als ik aan kom snellen en vraag hoe het hoe het luidt het antwoord; “de beer heeft honger”. Een paar spins later verlaat Iebus hoofdschuddend de tafel. Als ik tien minuten later Iebus weer aan de tafel zie staan spoed ik me erheen. “De beer heeft zijn toetje ook op”. De tránen rollen over mijn bolle wangen.
We verlaten het casino en doorzoeken half Lloret op zoek naar een steakhouse maar alle biefstukboeren zitten nog op slot. Na een pittige tocht komen we uit bij een restaurant waar ze wel een heel goed stuk vlees hebben. Serveerster Katja is heter dan de sambal in de keuken, zoveel is zeker. Meest geniale aan deze - ansich luxe - tent is de muziekkeuze. Terwijl we ons tegoed doen aan het heerlijke eten dreunt er keiharde eind jaren 90 housemuziek door de toko. Beetje raar.
Soms heb je een idee maar ontbreken simpelweg de mogelijkheden. Een principe waar de eigenaar van de bowlingbaan in Lloret bepaald geen boodschap aan heeft gehad. Als je een bowlingbaan wil beginnen doe je dat ongeacht of je er plaats voor hebt. Zo kon het dat wij stonden te ’bowlen’ op een vijfmeter lange kasseienstrook. Een split was nog nooit zo makkelijk. Een pin raken de ander met een welgemikte fluim omver tuffen. Geen enkel probleem. Een oude Spanjool lacht smakelijk om Hugo die zelfs op deze baan zelfs geen pin fatsoenlijk weet te raken en troosteloos laatste word.
Dat al het kruit gisteren verschoten is word al snel pijnlijk duidelijk. De Corona’s die gisteren de avond / nacht redden lijken vandaag gevuld te zijn met grind. Nog kijken nog een helftje AS Roma – Juventus in de sportbar maar dan geven we de pijp aan Maarten. Morgen om 07:30 staat de taxi voor de deur. Een rondje toepen in de bar van het hotel – waar Engelsen de kiet totaal af aan het breken zijn – en dat noemen we het een dag. En een trip.
Het verkeer richting Girona wil niet vlotten en voor ons rijdt en Spanjool met een L op de autoruit. Deze beginnende chauf haalt fratsen waar Damvic en diens Noppie (Auto) zich voor zouden schamen. Uiteindelijk had een extra stoplicht ons de vlucht kunnen kosten maar we stromen gelukkig nog op tijd de vlieger in die ons weer volgens plan in Eindhoven dropt. Een paar puikje broodjes Bufkes zijn de slagroom op deze heerlijke paar dagen vertier. De levensverwachting van ons vieren is weer met vijf jaar terug geschaafd maar de verhalen over de 15 uur durende clubbin’binge van zaterdag passeren over 10 jaar nog de revue. Zoveel is zeker.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten